Tussen 2020 en 2023 werden meer dan 30.000 gevallen van geweld tegen politieagenten geregistreerd. In ruim 3.000 gevallen liep het slachtoffer minstens één dag arbeidsongeschiktheid op. Toch werd bijna 9 procent van die dossiers niet vervolgd, vaak om ‘technische redenen’ zoals een onbekende dader of onvoldoende bewijs.
“Dat zo’n groot aantal feiten onbestraft blijft, is ronduit zorgwekkend,” zegt Kristien Van Vaerenbergh. “Zowel voor de agenten als voor het vertrouwen in justitie is dit onaanvaardbaar. We moeten duidelijk maken dat geweld tegen publieke gezagsdragers geen pas geeft.”
Spoorwegpolitie blijft blinde vlek
Ook bij de spoorwegpolitie leeft ongerustheid. Het aantal arbeidsongevallen door agressie lijkt te dalen van 46 in 2022 naar 19 in 2024, maar die cijfers zijn volgens minister Verlinden (cd&v) zelf niet volledig betrouwbaar. “Er is geen aparte opvolging of registratie van agressie tegen de spoorwegpolitie. Alles wordt onder één noemer geboekt, waardoor we geen zicht hebben op vervolging of straffen,” zegt Maaike De Vreese. “Dat is een pijnlijke blinde vlek in het beleid.”
Nultolerantie moet de norm worden
Zowel Van Vaerenbergh als De Vreese pleiten voor een consequente en zichtbare strafvervolging, zonder uitzonderingen. “Agenten staan dagelijks in de frontlinie voor onze veiligheid,” zegt De Vreese. “Dan mogen ze ook rekenen op een rechtssysteem dat hen beschermt. Nultolerantie mag geen loze slogan zijn, het moet de norm worden.”
