Verdubbeling van aantal justitieassistenten
De grote stijging van dossiers bij de diensten slachtofferonthaal is te verklaren door meerdere factoren. Op vraag van onder andere Vlaams minister Zuhal Demir moeten de parketten sinds 1 januari 2022 slachtofferonthaal vatten wanneer er een effectieve gevangenisstraf werd uitgesproken naar aanleiding van een verkrachting, een misdrijf die de dood veroorzaakt of pogingen daartoe. In zo’n geval zal de dienst slachtofferonthaal proactief contact opnemen met de slachtoffers om hun ondersteuningsaanbod te doen. Daarnaast wordt de dienst slachtofferonthaal ook gevat door de Zorgcentra na Seksueel Geweld. Ook de vattingen bij minderjarige daders en de blijvende sensibilisering naar de magistratuur toe, verklaren de sterke stijging van het aantal dossiers.
“Daarom zorgde ik ook voor een verdubbeling van het aantal justitieassistenten op de diensten slachtofferonthaal tegenover het begin van de legislatuur. Op die manier kunnen ze de kwaliteit van hun dienstverlening ook hoog houden en aan elke slachtoffer de tijd spenderen die het verdient”, aldus Zuhal Demir.
Slachtoffers centraal
Naast de grote instroom van dossiers ondersteunde de dienst slachtofferonthaal een 700-tal mensen bij het proces van de aanslagen. Demir had daarvoor extra justitieassistenten aangeworven om de dagelijkse werking van de justitiehuizen en de diensten slachtofferonthaal te waarborgen.
Ook bij de ketenaanpak intrafamiliaal geweld en de Family Justice Centers zien we een gelijkaardige trend. Er werden 2.688 gezinnen begeleid, een stijging van 72 procent ten opzichte van het begin van de legislatuur. In 2022 werd er hard gewerkt aan vijf nieuwe Family Justice Centers die binnenkort zullen openen. In totaal zullen er dan negen centra in Vlaanderen zijn.
“Dagelijks zetten organisaties, hun medewerkers en vrijwilligers zich in voor het bijstaan van slachtoffers. Die mensen verdienen al onze respect en dankbaarheid. Want waar daders omringd worden door juridische en andere hulp, zien we slachtoffers nog veel te vaak in de kou staan. Nu zetten we stappen om daar verandering in te brengen. Op die weg moeten we verder gaan”, besluit De Vreese.